Helpende vragen en zinnen voor een goede analyse kun je gebruiken in een gesprek:

  • Gebruik vragen en zinnen die passend zijn.
  • Gebruik taal die past bij het gesprek.

Onveiligheid en geweld

Vraag hoe de onveiligheid en het geweld er uitziet: Wie doet wat, naar wie en wanneer?

  • Zijn er wel eens meningsverschillen, conflicten, ruzies?
  • Hoe verlopen die?
  • Lopen ze wel eens uit de hand?
  • Levert dat spanningen op bij jou en/of de andere gezinsleden?
  • Hoe reageren jullie onderling op de problemen?
  • Kijken jij en je partner daar verschillend naar?
  • Hoe lopen ze dan uit de hand?
  • Kan je mij een voorbeeld noemen van een situatie die uit de hand liep?
  • Wat is het effect op de andere gezinsleden?
  • Wat zie je dan aan de andere gezinsleden?
  • Hoe reageren andere gezinsleden als jullie ruzie hebben?
  • Heb je zelf wel eens gereageerd op een manier waarover je later dacht: dat had ik beter anders kunnen doen?
  • Zijn er ook momenten dat de ruzies minder zijn?
  • Wat is er dan anders?
  • Stel dat ik aan jouw zoon vraag hoe het thuis gaat, wat zou die zeggen?
  • Als ik aan je moeder vraag hoe het met jou gaat, wat zegt zij dan?

Schending van rechten en dwang

Vraag of er sprake is van schending van rechten en dwang en hoe dat er uitziet: Hoe ziet dat eruit? Wat doet dat met je?

  • Heb je wel eens het gevoel dat je ergens toe gedwongen wordt?
  • Heb je het gevoel dat je vrij bent om te doen en laten wat je wilt?
  • Verbied jouw partner je weleens dingen die jij wilt?
  • Mag je in jouw beleving contact hebben met wie je maar wilt?
  • Zijn er personen waar je voor jouw gevoel geen contact mee mag hebben?
  • Mag je altijd je eigen keuzes maken?
  • Heb je weleens het gevoel dat je je naar je partner moet verantwoorden?
  • Waar moet je je dan over verantwoorden?
  • Heb je het gevoel dat je steeds minder mag van je partner?
  • Heb je weleens het gevoel dat je partner te weinig rekening houdt met jouw privacy?
  • Stel dat ik aan jouw dochter vraag hoe het thuis gaat, wat zou zij zeggen?
  • Als ik aan je vader vraag hoe het met jou gaat, wat zegt die dan?

Financiële situatie

Vraag of er sprake is van financiële uitbuiting of financieel misbruik en hoe dat er uitziet: Hoe ziet dat eruit? Wat doet dat met je?

  • Heb je overzicht over je geld?
  • Helpt iemand je met je financiën?
  • Weet je hoeveel je kunt uitgeven?
  • Wie heeft een pasje van jouw bankrekening?
  • Heb je het gevoel dat je vrij bent om te kopen wat je wilt?
  • Heb je het gevoel dat je verantwoording moet afdragen aan een ander over je geld?
  • Waar moet je je dan over verantwoorden?
  • Hoe reageert die ander?
  • Verbieden iemand anders je weleens om iets te kopen wat je wilt?
  • Heb je voldoende geld om al je rekeningen te betalen?
  • Heb je voldoende geld om eten en kleding te kopen?
  • Heb je voldoende geld om de huur te betalen?
  • Kun je zelf beslissen waar je je geld aan besteed?
  • Heb je betalingsachterstanden?
  • Heb je schulden?
  • Zijn er momenten dat je onvoldoende eten in huis hebt?
  • Stel dat ik aan jouw dochter vraag hoe met jou gaat, wat zou zij zeggen?

Seksuele relatie

Vraag naar de seksuele relatie en hoe dat eruitziet: Is er sprake van dwang of van geweld? Als er sprake is van seksuele dwang is de kans groter dat de partner controlerend is en het moeilijker is voor het slachtoffer om zich daaraan te onttrekken.

  • Is er sprake van angst voor de pleger?
  • Op welke momenten?
  • Ben je wel eens bang voor je partner?
  • Wat doet die waardoor je bang wordt?
  • Waar ben je dan bang voor?
  • Wat denk je dat er op zo’n moment kan gebeuren?
  • Wat doe je als je bang wordt?
  • Hoe reageer jij dan?
  • Hoe reageert je partner als jij bang wordt?

Het kind

Vraag naar de reactie van het kind op de onveiligheid en het geweld: Hoe reageert het kind en zoekt het kind steun?

  • Hoe zie je aan je kind dat die het naar de zin heeft?
  • Hoe zie je aan je kind als het niet op zijn gemak is?
  • Hoe reageert je kind als jij boos bent?
  • Wat doe jij dan?
  • Hoe zie je aan je kind dat het bang is?
  • Wat doe jij dan?
  • Troost je je kind weleens en zo ja, hoe troost je je kind dan?
  • Bij wie zoekt je kind troost als het verdrietig is?
  • Naar wie gaat je kind toe als het bang is?

De zorgafhankelijke volwassene of oudere

Vraag naar de reactie van de zorgafhankelijke volwassene of oudere op de onveiligheid en het geweld: Hoe reageert die en zoekt steun?

  • Hoe zie je aan degene voor wie je zorgt dat die het naar de zin heeft?
  • Hoe zie je het als die niet op het gemak is?
  • Hoe reageert diegene als jij boos bent?
  • Wat doe jij dan?
  • Hoe zie je aan diegene als die bang is?
  • Wat doe jij dan?
  • Stel je die weleens gerust en zo ja, hoe doe je dat dan?
  • Bij wie zoekt die steun als die verdrietig is?
  • Naar wie gaat die toe als die angstig is?

Traumaklachten

Vraag naar traumaklachten zodat je weet of er hulp van een deskundige nodig is. Wees alert op intergenerationele overdracht, dit komt vaak voor. Vraag naar hun jeugd.

  • Als je een cijfer voor jouw jeugd mag geven waarbij 0 absoluut vreselijk is en 10 helemaal geweldig, welk cijfer geef je dan?
  • Wat was er leuk?
  • Wat was er niet leuk?
  • Wie waren er belangrijk voor jou in je jeugd?
  • Waren er mensen, buiten je ouders om, die jou hielpen als kind? Zie je hen nog steeds?
  • Herken je dingen van een van je ouders die je zelf nu ook doet als ouder?
  • Zijn er dingen die je je ouders hebt zien doen toen ze jouw opvoeden waarvan je dacht dat ga ik zelf nooit doen?
  • Is dat gelukt?
  • Heb je nog verdriet over dingen die in je jeugd of in het verleden zijn gebeurd?
  • Hoe ga je daar mee om?

Middelengebruik

Vraag naar middelengebruik zodat je weet of er hulp van een deskundige nodig is. Alcohol verlaagt de drempel tot agressie en kan oorzaak zijn van conflicten. Verslaving heeft veel impact op de kinderen en zorgafhankelijke volwassenen en ouderen; het hangt samen met onveilige thuisomgeving, onvoorspelbaarheid, parentificatie, angst en gedragsproblemen.

  • Gebruik je drugs of alcohol?
  • Is dit een probleem voor jou of je omgeving?
  • Waarom wel of niet?
  • Mensen zoeken vaak naar afleiding om niet met hun problemen bezig te zijn. Zoek je weleens afleiding zodat je niet met je problemen bezig bent?
  • Wat vind je zelf dat een goede afleiding is?
  • Wat maakt dat deze afleiding goed is voor jou?
  • Wat is een afleiding die minder goed is?
  • Wat maakt dat deze afleiding minder goed is voor jou?
  • Wat is het gevolg van deze afleiding?
  • Zou je op zoek willen gaan naar een afleiding die minder tot problemen leidt?
  • Zijn er ook momenten dat jouw middelengebruik minder is?
  • Wat is er dan anders?
  • Stel dat ik aan jouw dochter vraag hoe het thuis gaat, wat zou zij zeggen?
  • Als ik aan je vader vraag hoe het met jou gaat, wat zegt die dan?

Veerkracht

Vraag naar de veerkracht.

  • Wat zeggen anderen waar jij goed in bent?
  • Waar ben je trots op bij jezelf?
  • Welke mensen dien(d)en als rolmodel?
  • Welke mensen dien(d)en als bron van kracht of troost?
  • Wat kalmeert jou als je boos bent?
  • Waar heb je controle over?